Cijfers

Dure geneesmiddelen nemen een steeds grotere hap uit het zorgbudget

De belangrijkste cijfers op een rij (mei 2024):

  • In 2023 gaven we in Nederland in totaal € 8,1 miljard uit aan alle geneesmiddelen volgens de laatste cijfers. Dat is 14,7% van het basispakket van de zorgverzekering. De werkelijke uitgaven liggen hoger, omdat er geen inzicht is in de medicatiekosten die onderdeel zijn van een diagnose behandelcombinatie (DBC). Daarnaast zijn er nog medicatiekosten in de langdurige zorg.
  • Hiervan geven we € 5,4 miljard uit aan geneesmiddelen die op recept kunnen worden opgehaald bij de apotheek. Dat noemen we extramurale geneesmiddelen. Ongeveer € 3,9 miljard zijn kosten voor de geneesmiddelen en € 1,6 miljard zijn kosten voor de apotheek voor het verstrekken van de geneesmiddelen. De jaarlijkse gemiddelde groei van deze geneesmiddelenkosten is 2,5% sinds 2015.
  • Daarnaast geven we € 2,7 miljard uit aan geneesmiddelen die worden toegevoegd aan een behandeling in het ziekenhuis. Dat noemen we add-on geneesmiddelen. De jaarlijkse gemiddelde groei van deze geneesmiddelenkosten is 5,5% sinds 2015.
  • Het aandeel van geneesmiddelenkosten in het ziekenhuisbudget wordt elk jaar groter. In 2015 besteedden ziekenhuizen 8,6% van het budget aan add-on geneesmiddelen. Dat is gestegen naar 9,4% in 2023. In het Integraal Zorgakkoord is afgesproken dat de jaarlijkse groei van het ziekenhuisbudget tot stilstand moet komen in 2026. Als het aandeel geneesmiddelenkosten blijft stijgen, wordt het budget dat ziekenhuizen kunnen besteden aan andere goede ziekenhuiszorg steeds krapper. Daarom zijn landelijk afspraken gemaakt over maximale groei aan de uitgaven van de intramurale add-on geneesmiddelen.
  • Tot eind 2025 worden 174 nieuwe geneesmiddelen en 112 bestaande geneesmiddelen voor een nieuwe indicatie mogelijk toegelaten tot de Europese markt.

een initiatief van